WindDays leveren tips op voor energiecommunities

De Regionale Energiestrategieën en energiecommunities stonden centraal op de tweede dag van de WindDays die op 12 en 13 juni in Rotterdam gehouden werden. De conclusies en tips van en voor energiecommunities delen we graag.

Tijdens de WindDays 2019 ontmoetten 900 partijen uit de Nederlandse windsector elkaar op de beursvloer voor in totaal 40 sprekers, 11 Masterclasses en 6 debatten. In het programma stonden actuele thema’s uit de energiesector centraal. De dag startte met een plenaire sessie, waarbij de kansen en (on)mogelijkheden voor hernieuwbare opwek op land werden besproken. Steef van Baalen (Windunie) en Siward Zomer (Energie Samen) presenteerden samen hun missie: “werk maken van de RES’en en energie-communities om ervoor te zorgen dat boeren, burgers en buitenlui hun krachten bundelen om de energietransitie mogelijk te maken.” Op die manier is het mogelijk om gezamenlijk invulling te geven aan het streven naar 50% lokaal eigendom bij wind- en zonprojecten.

Tips voor en door energiecommunities

De tweede sessie gericht op leden van energiecommunities met adviseurs van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, RES-coördinatoren en energiebedrijven, leverde zinvolle tips op.

Samenwerking centraal

Er zijn een aantal vragen waar energiecommunities in de praktijk mee te maken krijgen. In deze sessies werden de volgende vragen gesteld: hoe verkoop ik mijn stroom? Hoe start ik een project? Hoe voorkom ik weerstand? Hoe kom je aan je geld? Hoe verdeel ik de lusten en de lasten? Hieruit rolden praktische tips voor energie coöperaties. Hieronder een samenvatting:

Hoe verkoop ik mijn stroom? Tips:

  1. Zorg voor zekerheid in een contract, zodat de pieken naar boven (en vooral ook) naar beneden niet te groot zijn. Zo voorkom je dat de prijs onder de ‘SDE drempel’ duikt.
  2. Het belang van een goede adviseur in een vroegtijdig stadium is heel belangrijk!
    Deze adviseurs kunnen onder andere de offertevraag met betrekking tot de PPA goed begeleiden.
  3. Het uitwisselen van kennis en ervaring tussen ‘boeren, burgers en buitenlui’ erkennen, daar moet meer aan gebeuren.

Hoe start ik een project en wat is een succesfactor? Tips:

  1. Een duidelijk planologisch kader vanuit de overheid helpt om als startpunt om ervoor te zorgen dat lokale grondeigenaren (agrariërs) en burgercoöperaties met elkaar gaan kijken naar de beste oplossingen.
  2. Je moet eigenlijk elkaar al gevonden hebben in de samenwerking, voordat je echt gaat praten. Bijvoorbeeld over de positionering van de windturbines. Bepaal daarom eerst de uitgangspunten, voordat je de samenwerking bepaalt. Pas later praat je over de grondverdeling en vergoedingen. Zo voorkom je dat je elkaar concurrenten wordt en zorg je voor een gunfactor.
  3. Samenwerking heeft een vertrouwensband nodig. Dat betekent dat burgercoöperaties en agrariërs / grondeigenaren in het begin veel moeten praten. Om zo elkaar te leren kennen, vertrouwen op te bouwen, elkaar te begrijpen en elkaar iets te gunnen.

Hoe voorkom ik weerstand? Tips:

  1. Het kernwoord is vertrouwen. Door vertrouwen te creëren verminder je weerstand. Dit kan door: professionele aanpak: van afspraken tot inhoudelijke goede kennis over mogelijke hinder. Wees open, volledig en transparant in communicatie.
  2. Zorg voor rechtvaardige verdeling van de opbrengsten onder elkaar. Tegen opbrengsten staan ook investeringen. Het open gesprek hierover met elkaar in de buurt schept vertrouwen in elkaar.

Hoe kom je aan je geld? Tips:

  1. Zorg ervoor dat ontwikkelgeld ongeveer 5% van totale investering uitmaakt. Dit is het meest risicovolle geld. Het eigen vermogen zou ongeveer 10-20% van de investering moeten uitmaken. Vreemd vermogen zou 80-90 % van de totale investering moeten uitmaken.
  2. Begrijp je business case en leg deze goed uit aan deelnemers
  3. Wees betrouwbaar, open, eerlijk, maak het leuk en maak goede afspraken over vergoedingen van werkzaamheden.

Tafel 5: Hoe verdeel je de lusten en de lasten eerlijk? Tips:

  1. Het proces vooraf is heel belangrijk. Dat doe je door de lasten in beeld te brengen en goed door te vragen tot je bij de kern komt. Zo kom je erachter of mensen bang zijn om overlast te ervaren of is dat daadwerkelijk het geval? En wat wordt als overlast ontvangen? Breng in kaart hoe je overlast kan oplossen, compenseren of mitigeren. En betrek de omgeving door te laten kiezen wat er moet gebeuren.
  2. Minder lasten betekent ook: minder lusten, bijv. door minder zonnepanelen te plaatsen of minder hoge windmolens.
  3. Wat is een eerlijke verdeelsleutel tussen o.a. grondvergoedingen/rendement op participaties en omgevingsfonds?